Vanwege de ziekte van Crohn kreeg Willem van Erp een tijdelijke stoma. Inmiddels leeft hij alweer negen jaar zonder.

‘Mijn dubbelloops ileostoma stoma werd aangelegd bij een spoedoperatie: de verwijdering van twee darmafsluitingen en een ziek stuk darm. De stoma zat precies boven de naden, zodat de darm kon genezen en de Crohn tot rust kon komen. Hij zou na drie maanden worden verwijderd, maar het werd anderhalf jaar. Rustiger dan mijn darmen toen waren, zouden ze volgens mijn arts nooit worden. Ik twijfelde: moest ik het wel doen? Ik kon prima leven met mijn stoma, deed zelfs aan karate. Maar ik had óók veel last van een prolaps, waarbij een stukje darm als een slurfje door mijn stoma naar buiten hing. Dat gaf druk en pijn, daar wilde ik vanaf.

De eerste week na de operatie viel me vies tegen. Ik was nog nooit zó misselijk geweest. Achteraf weet ik: ik had niet zo snel moeten beginnen met eten, en het is beter te starten met iets vloeibaars zoals bouillon of yoghurt. Maar men gaf mij in het ziekenhuis een boterham, en die at ik op omdat ik wist dat eten nodig is om de darmen op gang te krijgen. Daarna ging het mis. Pas na een week kon ik weer eten en kwam mijn ontlasting op gang. Daar had ik dan weer geluk mee, want die was al binnen twee dagen normaal en goed ingedikt.

Eens in de twee maanden krijg ik nog een infuus met medicatie. Verder heb ik niets nodig. De operatie en mijn stoma betekenden een ommekeer. Mijn buik is sindsdien rustig gebleven. Een flinke winst, op het dieptepunt van mijn ziekte woog ik nog maar 62 kilo, terwijl ik 1,90 meter ben.’

  • Deel dit bericht via